Het Huis-Freytag-Lohman-orgel
Van het zestiende-eeuwse orgel dat de voorloper was van het huidige orgel, is vrijwel niets bekend. Wel is pijpwerk hieruit in 1658 door Hendrik Huis gebruikt in het uitzonderlijk grote orgel dat hij voor de kerk in Noordwolde bouwde, waarschijnlijk met zijn broer Johannes. Dit was lang het enige drieklaviers Ommelander orgel met vrij pedaal. Het orgel vertoont grote gelijkenis met het orgel van Kantens.
In 1802 bouwde Heinrich Hermann Freytag het orgel ingrijpend om naar de eisen van de tijd, met gebruikmaking van zoveel mogelijk oud materiaal. Hij verkleinde het orgel daarbij tot twee klavieren en vrij pedaal met 20 registers door het Borstwerk uit te nemen. De borstwering van het orgelbalkon werd rechtgetrokken. Freytag plaatste grotere windladen om het korte octaaf in de bassen te kunnen uitbreiden. Stemming was ‘in goede harmonie’, ofwel een eenzeskomma-barokstemming.
In 1833 volgde een volgende grotere renovatie, door Nicolaas Anthoni Lohman. Veel houtsnijwerk werd vervangen en aangevuld, waarschijnlijk door Anthoni Walles. De dispositie werd licht gewijzigd, er werd geherintoneerd en de frontpijpen werden opnieuw gefolied. De stemming werd (vrijwel) gelijkzwevend.
De toestand van 1833 diende als uitgangspunt voor de grote, ‘behoudende’ restauratie van 2004-2006, waarop het orgel zeer lang heeft moeten wachten, na decennia hooguit bespeelbaar te zijn gehouden. Was het niet uit gebrek aan geld of belangstelling, dan was het omdat men het niet eens was met rigoureuzere restauratieplannen (na WO II).
Dat het orgel zo heeft kunnen wachten tot de tijd rijp was voor behoudende restauraties, is vooral te danken aan Paul Moerman die vanaf WO II tot 2002 organist in Noordwolde was. Hij was ook secretaris van Stichting Avondmusijck (Martinikerk Groningen) en had les van (voorzitter) Cor Batenburg. In het netwerk van die stichting verkeerden veel organisten en orgelbouwers (zoals Jürgen Ahrend) die het orgel een bescheiden bekendheid gaven. Paul Moerman heeft als hoofonderwijzer van de De Mol Moncourt-school in Groningen veel muzikale leerlingen meegenomen naar de kerk, terwijl hij ook de naam had dat hij organisten afhield van het bespelen van het orgel.
Huidige dispositie:
Hoofdwerk (C-d3): | Rugwerk (C-d3): | Pedaal (C-d’): |
Praestant 8′ | Holpijp 8′ | Bourdon 16′ (1802) |
Roerfluit 8′ | Praestant 4′ | Praestant 8′ |
Viola di Gamba 8′ (1833) | Roerfluit 4′ | Octaaf 4′ |
Octaaf 4′ | Octaaf 2′ | Bazuin 16′ |
Fluit 4′ | Speelfluit 2′ | Cornet 4′ |
Fluit 2′ (2006) | Flageolet 1′ | |
Mixtuur III-VI | Vox Humana 8′ (1802) | |
Trompet 8′ |
Nevenregisters:
Koppeling RW-HW (gedeeld)
Koppeling HW-Ped